Lang zat boekweit in het vergeethoekje. Het werd nog amper geteeld, naar het meel en de granen (‘grutten’) moest je ver zoeken, en in recepten kwam je het nog nauwelijks tegen. Tenzij je in het Oosten van de Kempen woonde; daar bleef boekweit, onder de vorm van de fameuze boekweitpannenkoeken, trouw op het menu staan. Ook boer Frans Beckers van hoeve ’t Gebroek in Zutendaal is opgegroeid met boekweit- pannenkoeken. Uit liefde voor het erf- goed zaait hij velden vol boekweit. En kijk, plots is er weer veel interesse in dit graan, dat eigenlijk geen graan is.
Boekweit is de nieuwe quinoa. Blader door een receptenboek voor lopers, of scroll door een blog van ‘gezonde’ foodies en je vindt er gegarandeerd boekweit terug. Marathonlopers eten voor de wedstrijd boekweitpannenkoeken. voor extra koolhydraten en energie Maar waar quinoa exotisch is. zit boekweit al decennialang in ons erfgoed. Het was arme mensengraan, voor boeren met arme, zanderige gronden. zoals in (het oostelijk deel van) de Kempen. Toch is de oogst allesbehalve ‘arm’: boekweit is net bijzonder voedzaam en bevat zelfs meer koolhydraten dan tarwe. Het is bovendien glutenvrij.
KRACHTIG VOEDSEL’ noemt Frans het in Limburg stond boekweit dan ook van oudsher op het menu. op de boerderij. Er werd boekweitpap van gekookt. en Kempense balkenbrij. en natuurlijk de fameuze boekweitpannenkoek. Noem het vooral geen gewone pannenkoek er zitten immers geen eieren in en het beslag is op basis van gist. Hoe langer je het deeg laat gisten. hoe zuriger de toets. Het is ook de gist die voor de gaatjes in de pannenkoek zorgt.
Traditional bak je hem met een lapje pek en smeer je er eer laagie limburgse troop op – met zon ontbijt blijf je wel ven overeind.
Boekweit is net als quinoa geen echt graan maar het zaad van een vaste plant. Bijen ‘zijn dol op de witte bloemen en imkers zaaien het speciaal. voor de fameuze boekweithoning. Met z’n driekantige. donkerbruine zaden lijkt boekweit op een minibeukennootje. Daar dankt het ook zijn naam aan: boekweit komt van beuk-wijt. waarbij WIJT voor tarwe staat (zoals ‘wheat’ in het Engels). Frans teelt gewone en ‘tatarische’ boekweit. een historische soort van Russische oorsprong. Die is kleiner en lichter van kleur. geeft een grotere opbrengst en is minder gevoelig voor ziektes – niet onbelangrijk. als je ze zoals Frans. biologisch teelt. Hij laat er wit en grijsgrauw (‘volkoren’) meel van malen. Maar eerst scheidt Frans in zijn oude. manuele wanmolen het kaf (onkruidzaden en andere restjes) van het koren. precies zoals zijn vader en grootvader voor hem deden.
In zijn boerderijwinkel verkoopt Frans boekweitmeel. zelfgebakken roggebrood uit zijn houtoven en streekeigen. vaak vergeten groenten en fruit zoals de aardappel Ratte en de appel Keuleman. Alles is er biologisch. Frans organiseert ook workshops rond schansen binden. hooimijten maken. groenten en fruit in- kuilen. er zeker geen enkele traditie uit het Kempische boerenleven zou verloren gaan. De boekweit is alvast gered.